Interesse?

Download dan direct de PDF of lees eerst het beknopte overzicht.

Verzoening van de binnenluchtkwaliteit en energiebesparingen

In het 17e rapport “indoor Air Quality and the use of Energy in Buildings” uit 1996 stelde de European collaborative action als een eerste conclusie: “Zowel het verstandige gebruik van energie als het voorzien in een goede IAQ (Indoor Air Quality – binnenluchtkwaliteit) zijn belangrijke aspecten bij een gebouwontwerp en een renovatie. Er zijn mogelijke conflicten tussen deze vereisten. De invloed van mogelijke energiebesparingen op de IAQ dient altijd ter discussie te worden gesteld voordat deze wordt aanvaard, en als deze invloed onacceptabel is dienen de maatregelen te worden vermeden”. Tien jaar later is deze conclusie nog steeds geldig en in het bijzonder interessant in een tijd, zoals deze, waarin hoge energiekosten leiden tot energiebesparende maatregelen. Nieuwe gebouwvoorschriften en richtlijnen dragen in het algemeen zorg voor dit tweeledige aspect. Maar renovatie van bestaande gebouwen zou een belangrijke bedreiging kunnen vormen voor de IAQ. Een gebrek in het voorzien van voldoende ventilatie is heel gewoon bij het verbeteren van de isolatie en/of de ramen. Tegenwoordig wordt renovatie het meest toegepast voor energiebesparing. Aan de Kyoto-verplichtingen kan niet worden voldaan zonder sterke maatregelen te nemen op dit gebied. Het is dus essentieel om de oplossingen die beschikbaar zijn voor zowel nieuwbouw als renovatie ter discussie te stellen. Er bestaat een behoorlijk misverstand onder de mensen over wat een vraaggestuurd ventilatiesysteem is, en hoe het werkt. Een dubbele benadering is noodzakelijk, om te begrijpen hoe de binnenluchtkwaliteit kan worden gehandhaafd of zelfs verbeterd. – Dit laatste betekent hogere ventilatiedebieten en tegelijkertijd hoe energiebesparingen kunnen worden gerealiseerd (dat weer lagere ventilatiedebieten betekent).

Er is gesproken over het handhaven of het verbeteren van de binnenluchtkwaliteit en het besparen van energie. Dit betekent dat er eerst een standaard referentiesysteem dient te worden gedefinieerd. Aan de hand hiervan kunnen de niveaus van de IAQ en de mate van energiegebruik worden vergeleken. Vraaggestuurde ventilatie bespaart geen energie (een warmteterugwinsysteem doet dit evenmin), maar het gebruikt minder energie dan het referentiesysteem. De bereikte IAQniveaus zijn vergelijkbaar. Als standaard referentiesysteem wordt meestal het gedeelte van een gebouwvoorschrift gebruikt waarin de richtlijnen voor de ventilatiedebieten voorgeschreven zijn voorgeschreven. Meestal heerst er een constant ventilatiedebiet, hoewel het niet altijd duidelijk is of dit een dimensiedebiet is of een echt constant debiet. Het verschil is enorm: de invloed van een gebruiker kan tamelijk belangrijk zijn op het werkelijke niveau als het systeem uitgaat van de bekwaamheid van de gebruiker om de ventilatiedebieten te regelen. De berekening van de resulterende kosten en het niveau van de IAQ kunnen erg afhankelijk zijn van het gebruik. Dit verklaart waarom het eenvoudiger en sneller was om een vraaggestuurd ventilatiesysteem toe te passen in situaties waarbij werd aangenomen dat het ventilatiedebiet constant was, en er geen invloed (of bekende gebruikelijke invloed) was van de gebruikers. De constante ventilatiedebieten zijn ingesteld voor een referentiebezetting van de woningen. Dit betekent dat sommige meer, en andere minder bezet zijn. Dit zijn de energiebesparingen. Zelfs in een normaal bezet of in een overbezet gebouw zijn er perioden van onderbezetting.

Auteur: M. Jardinier*

Lees meer in de PDF