Terug naar de kennisbank

Adaptief thermisch comfort verklaard met Fanger-model

Interesse?

Download dan direct de PDF of lees eerst het beknopte overzicht.

Over thermisch comfort is de Predicted Mean Vote (PMV;  Predicted Percentage of Dissatisfied (PPD)) een alom bekende en veel gebruikte prestatie-indicator [4]. Deze indicator wordt  berekend met behulp van het zogenaamde Fanger-model dat is gebaseerd op de warmtebalans van het lichaam. Alternatieve indicatoren op het gebied van thermisch comfort hebben de laatste jaren echter ook de interesse gewekt. Ontwikkelingen worden gevonden in meer gedetailleerde indicatoren die volgen uit de  toepassing van thermofysiologische modellen. Dit is lopend onderzoek. Het adaptief thermisch comfortmodel (ATC), waarbij de prestatie-indicator wordt weergegeven door de operatieve binnentemperatuur, als functie van de buitentemperatuur, is een voorbeeld van een minder complexe prestatie-indicator in vergelijking tot de PMV. Dit model is een reactie op de verschillen die gevonden werden tussen de PMV/PPD-waardering en het werkelijk beleefd thermisch comfort voor specifieke typen gebouwen (voornamelijk niet geconditioneerd) in warme klimaten.

Op dit moment heeft het ATC model een plaats verworven in nieuw uitgegeven richtlij nen en standaarden zoals [1en2]. Hierin is toepassing van het ATCmodel optioneel voor natuurlijk geventileerde ruimtes. Voor mechanisch geventileerde gebouwen moet de PMV/PPD-aanpak (Fanger model) worden gebruikt. Ook voor een gematigd klimaat zoals in Nederland is een speciale richtlijn [7] uitgebracht, die gebruik van het ATC-model toestaat. In laatstgenoemde richtlijn zijn daarbij nog specifieke veranderingen aangebracht voor de berekening van het lopende gemiddelde van de buiten temperatuur en meer specifiek ook voor de categorisering van gebouwen waarvoor het ATC-model mag worden gebruikt [9].

Auteur(s): W. van der Linden, dr.ir. M.G.L.C. Loomansen prof.dr.ir. J. Hensen 

Lees meer in de PDF