Download dan direct de PDF of lees eerst het beknopte overzicht.
Thermisch comfort is belangrijk. Voor het ontwerpen van het binnenklimaat, dimensioneren van klimaatinstallaties en beoordelen van het binnenklimaat in de praktijk is een comfortabel en gezond binnenklimaat n van de belangrijkste uitgangspunten. Simulaties van het ontwerp of metingen in praktijksituaties worden getoetst aan comfortcriteria. Dit artikel geeft een historisch overzicht van enkele belangrijke onderzoeken naar thermisch comfort en de invloed op normen en richtlijnen voor thermisch comfort. Het artikel hierna gaat in op huidige en toekomstige ontwikkelingen van normen en richtlijnen voor thermisch comfort.
Thermisch comfort wordt vaak gezien als ‘de ideale temperatuur’ die voor iedereen min of meer gelijk is. De praktijk laat zien dat dit niet reëel is. Het gaat om het warmte- of koudegevoel van mensen. Bovendien kunnen comforttemperaturen over een brede bandbreedte variëren. Dit is afhankelijk van de fysische omgeving maar ook van persoonlijke en sociaal-culturele factoren, en is aan veranderingen onderhevig. Het maakt dat thermisch comfort in de praktijk niet eenvoudig te realiseren is. Thermisch comfort wordt in normen gedefinieerd als ‘een gemoedstoestand die tevredenheid uitdrukt met de thermische omgeving’. Onderzoek naar thermisch comfort wordt sinds de jaren twintig van de vorige eeuw uitgevoerd in klimaatkamers en in werkelijke omgevingen (veldonderzoek). De resultaten van klimaatkameronderzoek waren aanvankelijk populair en vormden de basis van normen en richtlijnen. Vanaf circa 1990 kwam het veldonderzoek weer in de belangstelling, op het moment dat bleek dat de resultaten van klimaatkameronderzoek afweken van de percepties van mensen in werkelijke omstandigheden.
Auteur(s): Ing. S.R. (Stanley) Kurvers, TU Delft, Faculteit Bouwkunde, Apogeum Binnenmilieu Consult; drs. J.L. (Joe) Leijten, TU Delft, Faculteit Bouwkunde