Interesse?

Download dan direct de PDF of lees eerst het beknopte overzicht.

In de veranderende installatiebranche, die qua automatisering nog in de kinderschoenen staat, zal het werken in een centraal gebouwmodel een steeds grotere rol gaan spelen. Maar geldt dit voor de gehele branche? Een aantal constateringen en een kijkje in de wereld van de mensen achter de ontwerpberekeningen. We noemen ze de rekenaars.

Voor velen is het invoeren van benodigde gegevens in ontwerpberekeningen geen sinecure. Het gaat dan niet alleen om maatvoering van ruimten en vlakken, maar ook om diverse eigenschappen van het gebouw, relaties tussen ruimten en de toe te passen materialen. Die informatie is natuurlijk al aanwezig in ontwerptekeningen van het gebouw. De vraag is alleen, hoe krijg je al die informatie uit het CAD-model? Nog regelmatig wordt maatvoering traditioneel opgemeten met de liniaal en de overige informatie overgenomen van een bestek. Deze gegevens moeten dan handmatig worden ingevoerd in de diverse ontwerpberekeningen. In het gunstige geval is er in de rekenprogrammatuur de mogelijkheid om DXF-informatie uit het CAD-model in te lezen. Dit scheelt veelal invoertijd en voorkomt de nodige invoerfouten. Minder leuk is het wanneer het ontwerp gewijzigd wordt. De tekening moet nauwkeurig worden nagelopen en de invoer moet worden herzien. Een goed overzicht van de ontwerpwijzigingen is dan zeer welkom. De praktijk is dat zeker voor grote utiliteitsgebouwen de ontwerpberekeningen niet opnieuw worden uitgevoerd als er sprake is van ontwerpwijzigingen. 

Auteur: Ir G.K. (Karel) Krijger, directeur Bink Software BV

Lees meer in de PDF