Interesse?

Download dan direct de PDF of lees eerst het beknopte overzicht.

Pas sinds 2007 is het duurzaam bouwen met al zijn potenties  grootschalig geadopteerd door opdrachtgevers als projectontwikkelaars, beursgenoteerde bedrijven en beleggers. De vraag naar  duurzame gebouwen blijft groeien. Tegelijk vraagt men zich af  of het niet een hype is die weer zal overwaaien. Op het architectuurcongres 2.0 in het NAi van november 2007 over de toekomst  van de architect was duurzaamheid nauwelijks een discussiepunt. Waarom eigenlijk niet? Zou duurzaam bouwen toch gezien  worden als een bedreiging voor de kwaliteit van de architectuur?  Onze mening is dat het juist de kwaliteit van de architectuur kan  versterken, mits we in staat zijn te definiren wat wordt verstaan  onder het begrip duurzaam bouwen.

Na An Inconvient Truth van Al  Gore durven Nederlandse  politici het milieu weer op de  kaart te zetten. De overheid ziet duurzaam bouwen echter primair als energiezuinig bouwen en scherpt daarmee  de Energie Prestatie Norm aan, zonder  na te denken over de architectonische  kwaliteit, laat staan de binnenkwaliteit  – met als gevolg kleinere ramen, meer  isolatie en gebalanceerde ventilatie,  wat resulteert in bijvoorbeeld potdichte huizen en scholen die feitelijk zeer  ongezond zijn voor de gebruikers. Te  weinig zuurstof, te hoge concentraties  CO2, te weinig daglicht en uitzicht, te  lelijke gebouwen: dit kan de bedoeling  niet zijn.

Auteur(s): ir. P. de Ruiter MSc

Lees meer in de PDF