Download dan direct de PDF of lees eerst het beknopte overzicht.
Een technische vraag?
De bestaande utiliteitsgebouwen in Nederland zijn niet optimaal energie efficint. Het verbeteren van de efficintie kan. naast een verminderde CO2-uitstoot. ook tot een financile besparing leiden. De auteur deed tijdens haar studie Bouwkunde aan de TU/e onderzoek naar het benutten van energiebesparingskansen binnen het bestaande onderhoudsproces van utiliteitsgebouwen.
Hoeveel procent van het (gebouwgebonden) energiegebruik kan er in utiliteitsgebouwen in Nederland bespaard worden als we de energie efficintie van installaties en de gebouwschil vergroten? In het afgelopen decennium hebben meerdere overheids en onderzoeksorganisaties, zoals ECN, PBL, en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (voorheen Agentschap NL), de technische energiebesparingspotentie van de Nederlandse utiliteitsgebouwen in kaart gebracht. Hoewel de onderzoeksmethoden en daarmee de exacte besparingspercentages uiteenlopen, is een potentieel om energie te besparen op het gebouwgebonden gebruik van maar liefst 30% aannemelijk. Allereerst is het benutten van deze energiebesparingsmogelijkheden vanuit een sociaalecologisch oogpunt essentieel, gezien een verlaagd energiegebruik een eerste stap is om de CO2emissie te verlagen en hiermee het broeikaseffect tegen te gaan (stap 1 van de Trias Energetica). Daarnaast maken de financile besparingen die gepaard gaan met verlaagd energiegebruik, het besparingspotentieel vanuit een bedrijfseconomisch oogpunt tevens interessant. Het besparingspotentieel kan op een efficinte manier benut worden door aandacht voor energie efficintie in te bedden in bestaande processen zoals onderhoud.
Auteur(s): M. (Marieke) Oosterbaan MSc, HaskoningDHV Nederland B.V.