Interesse?

Download dan direct de PDF of lees eerst het beknopte overzicht

In de gebouwde omgeving is men continu bezig met het verder verbeteren en optimaliseren van de gebouwprestaties. Echter, met de huidige manier van denken en de daaruit voortkomende toename in prestaties worden de gestelde ambities in de toekomst niet gehaald. Er dienen grotere stappen gemaakt te worden naar verdergaande afname van het energiegebruik. Dit artikel licht een nieuwe bottom-up benadering toe, waarin de mens leidend is in de aansturing van gebouwsystemen op vloerniveau. Dit resulteert in een energiebesparing tot 40% op de koel- en 20% op warmtevraag.

Het energiegebruik in de gebouwde omgeving is verantwoordelijk voor ongeveer 40% van het totale energiegebruik. Het overgrote gedeelte van deze energie wordt gebruikt door gebouwinstallaties met als doel een comfortabele omgeving voor de gebruiker. In de praktijk blijkt dat het gewenste comfortniveau, maar ook de energieprestaties van een gebouw niet worden gehaald. Dit resulteert onder andere in een niet gewenst hoger energiegebruik, hoger ziekteverzuim en een lagere productiviteit van de gebouwgebruiker. De redenen voor dit ondermaats presteren van de gebouwinstallaties zijn divers, maar dienen voornamelijk gezocht te worden op het gebied van verkeerd toegepaste techniek en onvoldoende aandacht voor de invloed van de gebouwgebruiker [1]. Om de hoge duurzaamheidsambities in de toekomst te kunnen realiseren zijn grote veranderingen in de gebouwde omgeving op korte termijn noodzakelijk. De noodzakelijke versnelling is schematisch weergegeven in figuur 1.

Auteurs: Ing. H.N. (Rik) Maaijen, Masterstudent, TU/e, prof.ir. W. (Wim) Zeiler, professor installaties, TU/e, ir. W.H. (Wim) Maassen PDEng, Adviseur, Royal Haskoning

Lees verder in PDF.