Interesse?

Download dan direct de PDF of lees eerst het beknopte overzicht.

De maatschappij verandert, dus de bouw verandert. Dat komt omdat de bouwindustrie zo een wezenlijk onderdeel uitmaakt van economie en maatschappij. Het Nederlands BNP is  436 miljard. De totale bouwproductie in Nederland is  49 miljard en daarmee is het 11 % van onze nationale economie. 367.000 mensen werken in de bouw of in de bouwgerelateerde industrien, dit is 4,95 % van alle werkenden in Nederland. Daarmee kun je dus zeggen dat de bouw zo sterk verweven is met het leven en welzijn in Nederland, dat ontwikkelingen in de bouw wel gelijk op moeten gaan met de algemene maatschappelijke trends in Nederland.

Kenmerk van deze ontwikkeling is dat de klant zich terugtrekt op zijn primaire proces. Zijn eigen business telt en zoveel mogelijk van het andere wordt gezien als ondersteunend en faciliterend. Dit is een kans voor leveranciers. Bijvoorbeeld het bedrijf Océ dat niet meer uitsluitend printers, kopieermachines, cartridges, papier, etc., levert, maar het drukwerk uitvoert bij zijn klanten, huisdrukkerijen overneemt en dienstverlener wordt in plaats van leverancier van apparaten. Neem Philips, die als resultaat van het saamhorigheidsgevoel van de 19e en 20e eeuw een bedrijf had opgebouwd met alle voorzieningen, die nodig zijn om de werknemer te begeleiden van de wieg tot het graf: een patriarchaal familiebedrijf. Philips had een eigen woonwijk, een eigen woningbouwvereniging, een eigen medische dienst voor de gezondheidszorg van alle medewerkers en hun gezinsleden. Nu nog heeft Philips uitgebreide sportverenigingen. Nog maar kort geleden heeft Philips zijn AIB afgestote

Auteur(s): prof.ir. G.J. Maas en dr.ir. S.D. Meijer

Lees meer in de PDF